top of page

Egypte 2001 (voettocht Sinaï woestijn)

Updated: Feb 14, 2023

Klik hier voor de foto's


9 oktober

Om 13.30 uur ben ik uit Swifterbant vertrokken richting Schiphol. Even met Denise en collega Christel gebeld. Op de 2e etage in het restaurant koffie gedronken en een begin gemaakt met dit reisverslag. Nu maar wachten op vlucht SR795 naar Zurich om 18.15 uur. Straks ga ik me melden bij balie 3 en kennis maken met de andere Egyptegangers.


Om 22.30 uur komen we aan in het Ibis hotel in Zurich. De vlucht ging voorspoedig, we kwamen om 19.45 uur aan. Voor vertrek hebben we eerst kennis met elkaar gemaakt, een bont gezelschap van vrijgezellen/alleenstaanden. De eerste indruk is goed. Ik deel vannacht de kamer met Wilma en ik ben er zeker van dat ik lekker zal slapen.


Morgen om 8.15 worden we aan het ontbijt verwacht en om 10.00 uur moeten we terug zijn op het vliegveld om op tijd te vertrekken naar Caïro (12.30 uur).


10 oktober

Vannacht heb ik ontzettend slecht geslapen, het raam stond open omdat het zo muf rook in de kamer. Het is de hele nacht rumoerig geweest maar vanmorgen maar snel het gordijn open om de omgeving te bekijken. Dat viel behoorlijk tegen, we werden omringd met fabrieken.


Na het douchen en ontbijt zin we om 12.00 uur op het vliegtuig gestapt en via Italië, Griekenland komen we in Caïro aan na een vlucht van 5 uur. We maken kennis met onze reisleider, Hatim Harris.


Om 18.00 uur zaten we met z’n allen in een busje en zijn naar het hotel gereden: Happy Life City. Het hotel ziet er goed uit en bij binnenkomst ga je door een securitypoortje. Deze gaat regelmatig af maar de bewakers die er bij staan reageren nergens op. Het is allemaal voor uiterlijk vertoon en ons de gedachte geven dat we veilig zijn. Er zitten nl 5 mannen in militaire pakken bij de ingang en voor hier heel gewoon (hoe houden we de mensen van de straat en aan het ‘werk’).

Rijdend op weg naar het hotel zien we veel gebouwen waar muren omheen staan. Op deze muren zijn hokjes gezet met bewaking er in. Om ons heen wordt drukt getoeterd en rijden ze op een driebaansweg wel zes rijen dik. Het gaat rakelings langs elkaar heen en er lijkt vrijwel geen aanrijding plaats te vinden.


Vanavond zijn we na het diner naar buiten gegaan en hebben op een terras met z’n allen een waterpijp gerookt (met appeltjestabak). Rond middernacht was ik er wel klaar mee en ben terug gegaan naar het hotel en met een slaappil en oordopjes ben ik in slaap gevallen. Morgen om 8.00 uur ontbijt en dan naar het Egyptisch museum en de Pyramides.


11 oktober

Dankzij de oordoppen en slaappil heb ik een goede nachtrust gehad en wordt uitgerust wakker. De stad leeft hier 24 uur per dag en ook nu is het om 7 uur al een drukte van jewelste. Van mij mogen ze trouwens de claxons uit de auto’s halen!


Om 9.00 uur vertrekken we naar het Egyptisch museum waar ik veel foto’s heb kunnen maken. Het was een zeer imposante ochtend daar en heb vol verwondering gekeken naar het oh zo bekende masker van Toetanchamon en alle schatten die er verder nog gevonden zijn in de verschillende graven in Egypte. Daarna zijn we doorgereden naar de Pyramides van Gizeh en de Sphinx. Wat zijn de Pyramides imposant en groot en wat een bewondering voor de bouwers ervan! Op de terugweg zijn we een glasblazerij/parfumhandel bezocht en heb ik een paar mooie glazen parfumflesjes gekocht met een lekker geurextract. Daarna zijn we de bazaar in geweest en met een felucca over de Nijl gevaren. Wat een bijzondere ervaring! De rest van het gezelschap is nog gaan dansen met de bediening maar Joyce en ik zijn lekker gaan slapen. Morgen weer een drukke dag.


12 oktober

Om 8.00 uur ontbijten we en rond 10.00 uur vertrekken we uit Caïro richting de Sinaï woestijn waar we rond 18.00 uur aankomen. Onze overnachtingsplek ziet er heel gezellig uit, overal lichtjes.

Buiten staan bedouinenhutten waar we tot laat in de avond nog een waterpijp hebben gerookt, gedanst en en bedouinenkleding hebben gepast. Vannacht om 1.30 uur zijn we gewekt want we gaan Mount Sinaï, ook wel genoemd Jebel Moussa, beklimmen. Uit Wikipedia: “Aan de voet van de berg ligt het St. Catharinaklooster dat gesticht is tussen 548 en 565 na Christus. Het wordt geroemd om zijn architectuur en bijzondere ligging in het ruige landschap. Voor zowel de joden, de christenen als de moslims is de Sinaïberg een heilige berg. Het is de berg waar God volgens de traditie de Tien geboden aan Mozes gaf. Om deze reden staat het hele gebied met de berg en het klooster sinds 2002 op de Werelderfgoedlijst van UNESCO.”


Om 2.00 uur starten we de klim, mijn hemel wat viel dat tegen. Eerst een tijdje door zand gelopen wat al snel veranderde in rotsblokken. Totaal hebben we 2,5 kilometer geklommen. Halverwege was de eerste stop waar je water en een mars kon koen. Hans en ik hebben de meeste tijd samen gelopen tot halverwege de trappen. Dit viel helemaal niet mee omdat alles aardedonker was. Het enige licht komt van je zaklantaarn. Bij de één na laatste hut heb ik een deken gehuurd omdat het boven op de berg ontzettend koud is.


We hebben gewacht tot de zon op kwam en oh wat was dat een prachtig gezicht. Hij verlichtte de bergen met zijn mooie rode gloed en we konden erg ver zien. Bij licht zagen we pas wat een enorme klus we hadden geklaard zo in het holst van de nacht. Nadat we de afdaling hebben gedaan komen we aan in het Catharinaklooster. Dit klooster wordt bewoond door orthodox joodse monniken. De ingang van het klooster en de muren in het zuiden en westen zijn nog oorspronkelijk, de andere muren zijn na een aardbeving in de 14e eeuw herbouwd. Het klooster wordt gedomineerd door de Kerk van de Transfiguratie, ook wel St. Catharinakerk genoemd. De heiligste plaats van het klooster is de Kapel van het Brandende Braambos, recht achter het koor van de kerk (basiliek). De struik die hier nog te zien is is volgens de legende een stek van het Bijbelse braambos.


Knekelhuis

De begraafplaats ligt in de boomgaard. Na verloop van tijd worden graven geruimd en de beenderen en schedels overgebracht naar het knekelhuis, dat is gevestigd in de kapel van St. Triphonius.


Uit Wikipedia: In het Catharinaklooster bij de Sinaï is in 1859 een ontdekking gedaan die de wereld van de Bijbelwetenschap voorgoed zou veranderen. Dr. F.C von Tischendorf had daar een codex uit de vierde eeuw ontdekt die later de Sinaïticus genoemd zou worden. Dat was een geweldige ontdekking, want het complete Nieuwe Testament was daarin bewaard gebleven. Bovendien ook delen van het Oude Testament. Tischendorf was toen al 15 jaar op zoek naar Bijbelmanuscripten. Hij had er inmiddels vele gevonden. Meestal verre van intact, maar deze codex was het absolute hoogtepunt van al zijn zoektochten. Nog steeds wordt dit handschrift op vele universiteiten gebruikt. De tekst van dit handschrift was van groot gewicht bij het vaststellen van de authentieke tekst van het Nieuwe Testament.


Na een lange, enerverende en leerzame dag st appen we weer in de bus op weg naar een sheik waarvan ik de naam ben vergeten. Daar stappen we over in jeeps waarna we verdwijnen in de nachtelijke woestijn. Vannacht zullen we voor de 1e keer in de woestijn slapen.


13 oktober


We worden om 5.30 uur wakker gemaakt, pakken onze spullen in en gaan met een kameel de woestijn in. We sjokken met z’n allen door het mulle zand en het is ongeveer 40 graden. We worden moe en hongerig en stoppen rond 13.00 uur om wat te eten en we houden een siësta. Daarna sjokken we vrolijk verder, ieder met een eigen kameel die onze backpack en proviand draagt. We stoppen om 17.30 uur en maken ons bivak op. Dat wil zeggen, we blazen een luchtbed op en leggen daar onze slaapzak op. Vannacht de 2e nacht onder de sterrenhemel. Ik heb het avondeten niet gered, ik was zo moe dat ik even wilde gaan liggen en werd pas de volgende morgen wakker.


14 oktober

Na een eenvoudig ontbijt zijn we weer verder gegaan. Eerst op de rug van de kameel en na verloop van tijd ben ik weer gaan lopen. De meeste tijd loop je meer door grind dan door zand. Het is ongelooflijk mooi en de meereizende bedoeïenen zijn enorm aardig. Er reizen ook een paar jongens mee in de leeftijd tussen 12 en 16 jaar. Het is verbazingwekkend hoe verantwoordelijk deze jongens zich gedragen. Je hoeft zelf niets te doen, zelfs je vest wordt voor je aan de kameel gehangen. In het donker komen we weer aan op onze overnachtingsplek. Ik ga na het eten direct slapen, heb het erg benauwd en vrees dat ik last heb van het stof in die zandbak.


15 tm 23 oktober

Ook deze dagen hebben we de hele dag in de woestijn gelopen. Heerlijk met het zonnetje op je gezicht, soms pratend maar vaak ook in gedachte lopen we door het zand. Het enige waar je mee bezig bent is nadenken over het leven, mijmeren over thuis en wanneer stoppen we voor een pauze.


We hebben ons al dagen niet echt gewassen want in de woestijn zijn geen douches te vinden. Ook het haren wassen zit er niet in maar hè, wat maakt het uit. We zijn allemaal even ‘vies’, wassen ons ’s morgens wel met een vochtig doekje en het is heel vreemd, het went! Neem nou het toiletbezoek…..ook die zijn er niet en al direct bij de start van onze Sinaï voettocht werd verteld dat we onze behoeft achter een rots moeten doen en altijd een aansteker met toiletpapier mee moeten nemen. Dit om de grote boodschap te kunnen verbranden. Dus vertrek ik heel braaf bij elke ‘toiletgang’ met deze artikelen achter een rots of boom. Ineens blijken allerlei zaken minder belangrijk, net als het gebruik van de telefoon of het lekker snoepen van dropjes. Daar gaat het nu helemaal niet over. Wat overblijft is heel veel tijd voor jezelf en onthaasten. Dat laatste gaat vanzelf als je meedeint met het ritme van de kameel. Zonder er erg in te hebben zijn het dagen van bezinning.

Ineens veranderd de lucht, er is een briesje en we ruiken de zee! Tussen 2 bergen door zien we de golf van Aqaba voor ons verschijnen. Wat een welkome afwisseling na al dat zand. We hengelen een paar vissen uit de zee en roosteren deze op een kampvuurtje. Daarna met elkaar bij kaarslicht de vis verorberd en aan het water op een matje geslapen. Dat ging niet echt geweldig want het was best koud en de zee maakte nogal lawaai.


24 oktober

’s Morgen in alle vroegte genoten van de zon die boven Saoedi Arabië op kwam. Daarna ontbijten en weer verder lopen met de kamelen. Ons doel vandaag is Blue Hole. We lopen hier naar toe via een lange tocht langs de kust. Als we weer rotsen bereiken kunnen de kamelen niet verder lopen en is het tijd om afscheid van ze te nemen.



We stoppen bij Blue Hole en vermaken ons de hele dag met snorkelen. Dit is echt een plekje voor oude hippies en free divers. De Blue Hole is een beroemde maar ook beruchte duikplek in Dahab, vanwege de duikongevallen die hier jaarlijks weer gebeuren. De Blue Hole ligt 5 kilometer ten noorden van Dahab, per jeep in ca. 20 minuten bereikbaar. Bijna alle duikers die naar Dahab komen, hebben wel eens van de Blue Hole gehoord en willen er graag een keer duiken. Het is een groot gat in het rifplateau, van ongeveer 80 meter doorsnede blauwe met een diepte van ongeveer 110 meter.

Op een diepte van meer dan 50 meter bevindt zich ‘The Arch’, een kathedraalachtige doorgang die de rifwand met de open zee verbindt. Juist deze boog, de Arch, maakt de Blue Hole zo ‘berucht’. Er gebeuren hier af en toe duikongevallen. Duikers worden verleid onder deze Arch door te duiken, terwijl ze niet de juiste kwalificaties of het juiste materiaal hebben. Ze zijn slecht voorbereid, duiken bijvoorbeeld met een enkele tank, onveilig en dit heeft wel eens een fatale afloop. Daarom is een duik onder Arch door alleen geschikt voor goed opgeleide en voorbereide tech-divers.

Iets ten noorden van de Blue Hole is nog een ingang, bekend als El Bells. Op weg naar El Bells zie je in de rotsen een aantal gedenkstenen van duikers, die verongelukt zijn.


El Bells is een gedeeltelijk open ‘schoorsteen’, een kaarsrechte, verticale opening in het rif, waardoor je kunt afdalen om een drift-duik naar de Blue Hole te maken. Na de afdaling door de ‘schoorsteen’ duik je langs een prachtige koraalwand, die onder je eindeloos loodrecht verder naar beneden gaat. Indrukwekkend. El Bells heet waarschijnlijk zo, omdat sommige duikers die hier afdalen met hun tank de zijwanden raken, wat klinkt als bellen. Men zegt ook dat de naam te danken is aan de vorm van de ‘schoorsteen’, deze doet denken aan de klokkentoren van een kerk. De koraalwand is mooi van kleur, er zijn verschillende overhangen, harde en zachte koralen, waaierkoralen en er is veel visleven. Ook als je naar links kijkt, in de ‘blue’ schieten er regelmatig verschillende vissen voorbij, makrelen, tonijnen, zo nu en dan een schildpad, of zelfs een haai. De koraalwand leidt naar een ‘koraalzadel’, dat de ingang is naar de Blue Hole. Het einde van de drift duik gaat langs de koraalwand van de Blue Hole, of door het midden. Je bent dan aan alle kanten omgeven door blauw. Vanwege het mooie koraal, de indrukwekkende rifwand en de dieptes in de Blue Hole, is het een populaire duikplek, die voor zowel recreatieve duikers als technische duikers een bijzondere beleving is.


Na een prachtige Blue Hole ervaring zijn we met een jeep naar Dahab gereden. Eindelijk kunnen we ons weer douchen en haren wassen. We slapen in Happy Life Village. Dit is een hotel wat nog in aanbouw is maar er nu al prachtig uit ziet. Na een diner waar we zeker 2 uur op hebben gewacht vertrekken we vroeg naar ons bed om eens een goede nacht te slapen.



25 oktober

Vandaag een relaxdag en heerlijk gesnorkeld en aan het strand gelegen. Om 18.00 uur zijn we met de shuttle naar Dahab gereden. We zijn echt met 11 man/vrouw in en op een jeep gepropt maar eigenlijk was er veel te weinig ruimte voor ons. Onderweg raakte de klep van de jeep los waardoor iemand uit de bak op de zandweg viel. Gelukkig ging alles goed maar toch..


In Dahab zijn leuke kleine winkeltjes en stalletjes langs het strand te vinden. Zo komen we Mohamed tegen in zijn mobiele winkeltje. Een leuke jonge Egyptenaar die prachtige kettingen en armbanden maakt om te verkopen. We maken een praatje met hem en natuurlijk koop ik iets leuks voor Denise. Het was een heerlijke avond met en zacht en warm briesje. Terug weer in de jeep waar we bijna dood gingen van de uitlaat gassen maar we hebben het overleefd.


26 oktober

Al heel vroeg in de morgen worden we gewekt door het hotelpersoneel, vandaag vertrekken we weer richting Caïro via de Golf van Aqaba. Het is warm, heel warm en we zijn allemaal moe. Er wordt eerst nog wel wat gepraat maar al snel vallen een paar medereizigers in slaap. Na 2 tussenstops komen we in de avond aan in Caïro. Wel een vreemde gewaarwording, eerst de stilte van de woestijn en nu weer in de gekte van de stad. Vanavond hebben we met elkaar een afscheidsdiner in een prachtig Egyptisch restaurant en na wat uitwisseling van ervaringen duiken we weer op tijd ons bed in. Om 3.30 uur gaat de wekker weer en vertrekken we richting Amsterdam.

27 oktober

Via Zurich zijn we om 11.00 uur geland op Schiphol. De backpack komt als snel op de band en na een hartelijk afscheid vertrek ik naar de aankomsthal. Het was een bijzondere reis die ongetwijfeld de aanzet is tot het maken van meer reizen want ik realiseer mij dat het onderdompelen in andere culturen iets is wat ik echt heel erg waardevol en uitdagend vind.



 
 
 

Kommentare


bottom of page